6/13/2017

Boek

Mijn boek is af. Dat wil zeggen, de correctiefase komt er nog aan, maar dat stelt inhoudelijk gezien niets meer voor. Confronterend is het wel, want werkelijk elke komma blijk ik dan toch weer verkeerd te hebben gezet; woorden die aan elkaar horen, heb ik los van elkaar geschreven; ‘ideeen blijkt toch met drie ee’s te zijn. Of twee.
Ik zie er tegenop. In de jaren die ik werk aan een boek, leef ik intenser dan ervoor en erna. Het is alsof ik gevoeliger ben, opener. Ik toets alles wat ik meemaak, wat ik hoor en zie, aan de vraag of ik het kan gebruiken voor mijn boek. De camera staat permanent open en die sluit zich weer als ik klaar ben.  Ik ben een geinteresseerder mens, nieuwsgieriger. Ik stel betere vragen, ik dring dieper door tot materie.
Het boek is de vislijn die je met je meesleept en waaraan allerlei gedachtes en anekdotes blijven hangen.
Of misschien moet ik het zo zeggen: een boek geeft je gedachten een doel.
Het manuscript ligt dus nu bij de correctoren, wat overigens geen garantie is dat het foutloos is. Mijn eerste boek was door drie correctoren gelezen en toch stond er op de eerste bladzijde ‘eeen’, met drie ‘e’s.
Er komt ook een einde aan de gesprekken. Mijn nieuwe boek gaat over vluchtelingen en alles daaromheen; ik volgde anderhalf jaar lang twee broers uit Aleppo. Ik bezocht ze regelmatig, eerst in het AZC en later in hun appartement. Ik ging met ze uit eten, ik nam ze mee op reisjes. Ik sprak met rechters, ik dronk koffie met medewerkers van vluchtlingenwerk, ik sprak off the record met iemand van de IND. Dat is allemaal voorbij.
Vroeger stelde ik me voor dat schrijvers de laatste woorden typten, het blad uit de typemachine trokken om vervolgens het manuscript in een envelop te doen, naar de brievenbus te lopen om daarna tevreden een pijp op te steken en een biertje te drinken op het Leidscheplein.
Maar zo gaat het niet. Het einde van het schrijven van een boek is rafelig. Het zijn wat mailtjes heen en weer met je redacteur over pietluttigheden. Schrijf je dat trouwens aan elkaar of los?
Het laatste wat ik aan mijn vorige boek deed was naar mijn redacteur mailen dat we op pagina 212 toch maar ‘en dat deed hij vervolgens’ moesten zetten ipv ‘en vervolgens deed hij dat.’
            Ik zie op tegen de komende maanden. Want ook al wil ik het, de ervaring leert dat ik niet meteen kan beginnen met een nieuwe roman. De oude zit nog in de weg. Om het clichee maar te gebruiken: het is een afscheid. Je begint ook niet meteen met een nieuwe relatie als de oude net voorbij is. En als je dat toch doet blijkt het niet te werken. Omdat  het een vlucht is.
De komende maanden zal alles wat ik doe een vlucht zijn. Een vlucht voor het gevoel van doelloosheid. In between books.
Dat is lastig, maar natuurlijk niets vergeleken bij een echte vluchteling. Die zit in between lives.