8/22/2008

Envelop

Mijn hotelkamer heeft uitzicht op de achterkant van paleis Noordeinde. Ik leg mijn spullen – wat kleren, een lap-top en een grote envelop – op tafel en loop naar beneden. Eerst even door het park wandelen dat aan het paleis grenst. Het paleis is aan de achterkant veel groter dan aan de voorkant. De koningin is er, zie ik, want de vlag hangt uit.
Eenmaal terug in mijn hotel haal ik bij de receptie een krant en neem hem mee naar boven. Ik ga op mijn bed zitten en kijk naar de envelop.
Daarna lees ik over de strijd in Georgie; over de affaire Duyvendak en de gouden race van de zwemdames. Halverwege val ik in slaap.
Als ik wakker schrik is het half zes. Omdat het nog te vroeg is om te gaan eten lees ik een paar hoofdstukken in ‘De recht op terugkeer’ van Leon de Winter. Tegen achten pak ik de envelop en verlaat mijn kamer op zoek naar een restaurant. Ik kom uit bij Dudok: een grand cafe waar ik gegrilde Griet met friet eet.
Als ik klaar ben is het half tien. De envelop zit nog onaangeroerd in mijn tas en ga ik terug naar het hotel. De televisie in de lobby staat op eurosport. Ik kijk naar simultaan schoonspringen, wat een knappe maar belachelijke sport is. Het interesseert me niets, maar ik blijf zitten tot ver na elven om daarna te besluiten dat het echt te laat is om nog wat te doen..
Ik ben vreselijk aan het uitstellen. Ik heb drie nachten een hotel gereserveerd om mijn boek te lezen. Dat wil zeggen, de laatste versie; de bijna-definitieve versie; versie ‘boek 15b’. De versie waarover ik moet oordelen: wordt dit de definitieve?
Ik heb tijdens de vakantie express mijn computer thuis gelaten en ik hoop dat ik nu genoeg afstand heb om het te kunnen beoordelen.
Maar wat als ik het niks vind?
Ik begin er morgen aan, na het ‘Parkhotel 4 stars’ ontbijt.