4/29/2010

Rotary

Ik moest een lezing houden voor de Rotary.
De Rotary is een organisatie die zich ten doel stelt om goede doelen te ondersteunen. Daartoe komen elke woensdagavond in heel Nederland (Nederland telt bijna 500 Rotaryclubs) een aantal mannen (en een enkele vrouw) samen om met elkaar te eten en te drinken en om te bespreken wat er allemaal moet gebeuren.
Er is ook altijd een spreker; de ene keer is het iemand van de club zelf die iets vertelt over zijn werk of over een boek dat hij gelezen heeft; de andere keer is het iemand van buiten.
Dit keer was ik dat.
Toen ik aankwam stonden de heren van club Velsen Zuid buiten op het terras van ‘de theeschenkerij’ te borrelen. Het was precies de lokatie die ik me bij de Rotary had voorgesteld: een mooi oud theehuis middenin een parkje waar herten en reeen graasden tussen de honderdjaar oude eiken en lindes. Het zou een goed decor zijn voor een verfilming van een Couperus-roman.
Van binnen voldeed het gebouwtje al evenzeer aan mijn verwachtingen; een hoge zaal met ornamenten; een donkere eikenhouten vloer; hoge spiegels, een lange bar en goedkope, donkerbruine tafels en stoelen. Het had iets koloniaals; iets van vergane glorie. Het paste wel bij dit gezelschap waar de gemiddelde leeftijd zestig was en het voor vrouwen pas sinds twee jaar is toegestaan om lid te worden. Overigens had – zo te zien - nog geen vrouw de behoefte gevoeld.
Na de borrel gingen we aan tafel om de broodmaaltijd met gehaktbal te nuttigen, en toen iedereen klaar was stond de voorzitter op om een paar agendapunten door te nemen zoals de aanstaande zeiltocht met de (Rotary)club uit Santpoort en de busreis in mei naar een bevriende club in Duitsland. Tijdens dit gedeelte van de bijeenkomst ging er een sigarenkistje rond waaruit de leden een lootje pakten waarna zij er een euro voor in de plaats legden. Het bleek een soort bingo te zijn waarvan de opbrengst – als ik het goed begrepen heb – naar een kinderopvang project in Nigaragua ging.
Ik moest even denken. Nicaragua? Was dat niet dat land dat vijfentwintig jaar geleden in het nieuws was? Ging het niet om contra’s en Sandinisten en het oprukkende communisme?
De koude oorlog, het paste er helemaal bij. Net als de lange ‘burgermeestersketting’ van de voorzitter en het feit dat ieder die iets wilde zeggen eerst ging staan. En net als de reacties na afloop van mijn lezing: vriendelijk, beleefd, maar ook gereserveerd. Omdat het natuurlijk ook een eer is om daar te mogen spreken.