Ondertussen ben ik eniszins in verwarring over DE HARTSLAG VAN DE AARDE.
De reacties op het boek zijn boven al mijn verwachtingen. Niet alleen van familie en vrienden, ook van wildvreemden; van boekhandelaren; van collega-schrijvers; van radiomakers en zelfs van een enkele wetenschapper hoor/lees ik dat ze het een prachtig boek vinden. Dat is fijn, dat is heerlijk.
Maar het rare is: het boek is nu 7 weken uit en er is niet een recensie verschenen in een landelijke krant.
Nou kan het zijn dat ik lijd aan chronische zelfoverschatting (als dat zo is lijd ik trouwens ook aan chronische zelfonderschatting; het is bij mij het een of het ander) en het is waarschijnlijk waar dat ik nogal verwend ben met de aandacht bij het verschijnen van mijn eerste roman, maar ik kan niet ontkennen dat ik teleurgesteld ben. Een beetje verongelijkt zelfs. Hoezo geen recensie? Het is toch een geweldig boek.
Ik merk dat het ook overslaat op mijn priveleven. Dingen die eerst vanzelfsprekend waren vind ik ineens onrechtvaardig: het feit dat ik de hele dag maar in m’n eentje zit te schrijven (ik ben inmiddels met een CD project bezig waarover later meer) terwijl iedereen koffie drinkt met zijn collega's; het feit dat ik ’s middags en ’s avonds de kinderen ‘doe’, terwijl mijn vriendin de hele dag leuke, interessante mensen ontmoet omdat ze voor Pauw en Witteman werkt (hoezo wilden die me trouwens niet in hun programma?): ik vind het nogal oneerlijk allemaal.
Ik vind elk boek van een Nederlandse auteur waaraan wel aandacht wordt besteed ineens ook bij voorbaat waardeloos. Ik raak geirriteerd als ik lees dat Beau van Erven Dorens is opgepakt door de politie omdat hij van de magere brug sprong ter introductie van zijn nieuwe (eerste?) roman. Goeie publiciteitsstunt. Maar waarom pakken ze mij nou nooit eens op?
Steeds vaker wens ik dat ik op een dag nog eens wereldberoemd word, niet om de aandacht, maar omdat ik dan alle recensenten en programmamakers die mij ooit hebben genegeerd een interview kan weigeren.
‘Ach, het duurt soms wel drie maanden voor ze recenseren’, zegt mijn uitgever (die het trouwens ook zo’n goed boek vindt), maar per week neemt de stelligheid waarmee ze het zegt af. Althans, volgens mij.
Misschien heeft ze gelijk en moet ik gewoon afwachten. Maar geduld is niet mijn sterkste eigenschap. Hoezo eigenlijk niet?